’n eigen voordeur.

Mijn katten verkeren in de luxe positie dat ze naar buiten kunnen en een portier hebben die de deur voor ze open doet. Correctie, die hadden ze. Sjors en Sjimmie wilden om de haverklap weer naar binnen. Ze maakten dit kenbaar door op het bankje onder het raam achter het huis te gaan zitten. Soms was de nood erg hoog en gingen ze op de leuning van het bankje zitten zodat ze op raam hoogte kwamen en mij een miauw serenade konden geven. Als portier zijnde deed ik de deur open, maar het kwam ook vaak genoeg voor dat madame en meneer gewoon op het bankje bleven zitten.

Maar al dat toneelspel is nu voorbij. Ze hebben nu een eigen ingang. Maar niet zo maar 1. Voor deze ingang hebben ze van de dierenarts al de sleutel gekregen. Het was alleen en kwestie van het programmeren van de sleutel in de deur en voil